Sluitelement aanmaken

Sluitelementen kunnen afhankelijk van het soort sluitelement:

Voor meer informatie over dit onderwerp, zie 'Inkoppelen', 'Openen', 'Vergrendelen' enz..

In het kader van de best practice (zie Best practice: sluitsysteem opbouwen) adviseert SimonsVoss om eerst organisatorische voorbereidende werkzaamheden uit te voeren:

OPMERKING

notice

Verborgen instellingen

Zodra u het sluitelement hebt aangemaakt en op de button Schließungseigenschaften: Fertiigstellen [offen] hebt geklikt, kent de AXM Lite uw type sluitelement. Deze verbergt dan alle niet-relevante instellingen.

  1. AXM Lite geopend.
  1. Klik op de button Nieuwe sluiting .
  2. Het venster voor het aanmaken van een nieuw sluitelement gaat open.
  3. Selecteer in het dropdownmenu Type slot welke sluitelementen u wilt programmeren.
  4. Voer in het veld Naam deur de naam van de deur in waarin uw sluitelement wordt ingebouwd.
  5. Geef desgewenst in het veld Kamernummer het nummer in van de ruimte waarin uw sluitelement wordt ingebouwd.
  6. Geef desgewenst in het veld Vloer de etage in waarop uw sluitelement wordt ingebouwd.
  7. Selecteer in het dropdownmenu Locatie de locatie waar uw sluitelement wordt ingebouwd.
  8. Selectie in het dropdownmenu Gebouw wordt beperkt tot de gebouwen die tot de geselecteerde locatie behoren.
  9. Selecteer in het dropdownmenu Gebouw het gebouw waarin uw sluitelement wordt ingebouwd.
  10. Als u tijdfuncties wilt gebruiken: open het menu Tijdfuncties en voer de instellingen uit (zie Rechten bij sluitelementen beperken tot bepaalde tijden (tijdschema) en Sluitelementen met tijdomstelling automatisch inkoppelen en uitkoppelen voor meer informatie).
  11. OPMERKING

    notice

    Lijsten met vrije dagen in sluitelement en locaties

    U kunt lijsten met vrije dagen toewijzen aan zowel een sluitelement als aan de locatie van het sluitelement. In dit geval wordt de lijst met vrije dagen in het sluitelement gebruikt en wordt de lijst met vrije dagen in de vestiging genegeerd.

    Wanneer in plaats van het sluitelement een lijst met vrije dagen aan de locatie is toegewezen, dan wordt de lijst met vrije dagen van de locatie voor het sluitelement overgenomen. In het venster van het sluitelement herkent u dat aan de toevoeging '(overgenomen)'.

  12. Klik op het tabblad Configuratie.
  13. Het venster gaat naar het tabblad Configuratie.
  14. Wanneer u toegangspogingen wilt protocolleren: open het menu Tijdconfiguratie en voer de instellingen uit (zie Passages door het sluitelement laten protocolleren (passagelijst)).
  15. Als u de duur van de opening wilt wijzigen of de nearby modus wilt gebruiken: open het menu Sluitingsfuncties en voer de instellingen uit (zie Sluitelement langer, korter of permanent laten openen en Reikwijdte van het sluitelement begrenzen (nearby modus)).
  16. Wanneer u de signalering van batterij-alarmen of programmeerbewijzen wilt wijzigen: open het menu Signalering en voer de instellingen uit (zie Sluitelement muten (voor batterij-alarmen en programmeringen)).
  17. Als u het activeringstijdvenster wilt negeren (zie Activeringsdatum / vervaldatum): open het menu AX-functies en voer de instellingen uit (zie Activerings- en afloopdatum van identificatiemedia negeren).
  18. Wanneer u bij een SmartRelais de interne en externe antenne samen wilt gebruiken: open het menu Relaisfuncties en voer de instellingen uit (zie Interne en externe antenne tegelijkertijd gebruiken).
  19. Wanneer u uw sluitelement automatisch wilt vrij- en uitschakelen: open het menu Tijdschakelklok configuratie en voer de instellingen uit (zie Sluitelementen met tijdomstelling automatisch inkoppelen en uitkoppelen).
  20. Wanneer u bij een SmartRelais de signalering wilt wijzigen of de seriële interface wilt gebruiken: open het menu Geavanceerde configuratie en voer de instellingen uit (zie SmartRelais-instellingen wijzigen).
  21. Klik op het tabblad Autorisatie groepen.
  22. Het venster gaat naar het tabblad Autorisatie groepen.
  23. Sorteer/filter desgewenst de weergegeven gegevens met (zie ). Sorteren en filteren
  24. Markeer alle autorisatiegroepen waaraan u uw sluitelement wilt toewijzen (Ctrl+muisklik voor afzonderlijke of Shift+muisklik voor meerdere).
  25. OPMERKING

    notice

    Dubbelklikken als alternatief voor pijltoetsen

    Door te dubbelklikken op een notitie in de lijst verschuift u deze invoer eveneens naar de andere kolom.

  26. Verschuif met alleen de geselecteerde autorisatiegroepen of verschuif met alle weergegeven autorisatiegroepen.
  27. Uw sluitelement wordt toegevoegd aan de autorisatiegroepen in de linkerkolom.
  28. Klik op het tabblad Hashtags.
  29. Het venster gaat naar het tabblad Hashtags.
  30. Sorteer/filter desgewenst de weergegeven gegevens met (zie ). Sorteren en filteren
  31. Markeer alle hashtags die u aan uw sluitelement wilt toewijzen (Ctrl+muisklik voor een enkele of Shift+muisklik voor meerdere).
  32. OPMERKING

    notice

    Dubbelklikken als alternatief voor pijltoetsen

    Door te dubbelklikken op een notitie in de lijst verschuift u deze invoer eveneens naar de andere kolom.

  33. Verplaats met alleen de geselecteerde hashtags of verschuif met alle weergegeven hashtags.
  34. De hashtags in de linkerkolom worden toegevoegd aan uw sluitelement.
  35. Vink het hokje Maak een ander object aan om voor het volgende sluitelement dat u wilt aanmaken het venster met dezelfde instellingen open te laten staan.
  36. Klik op de button Voltooiing vanom het sluitelement aan te maken.
  37. Het venster voor het aanmaken van een nieuw sluitelement gaat dicht.
  1. Nieuw aangemaakt sluitelement wordt opgesomd of in de matrix weergegeven.