MIFARE Classic (nieuwe/lege kaart)

Tijdens de configuratie worden de volgende parameters bepaald:

Voor MIFARE Classic worden bovendien bepaald:

  1. Type kaart: MIFARE Classic
  1. Lees de kaart uit of raadpleeg de datasheet.
  2. Full Report wordt weergegeven.
  3. Bepaal de beschikbare geheugenruimte of sectoren (paragraaf EXTRA # Memory size).
  4. Kaart bevat 16 sectoren.
  5. Sector 0 is bij MIFARE Classic intern en sector 1 mag niet worden gebruikt, dus zijn er 14 sectoren beschikbaar.
  6. OPMERKING

    notice

    Sectorstructuur kaartspecifiek

    De sectorstructuur kan bij uw kaart anders zijn. In het bijzonder kaarten met een groter geheugen kunnen nog meer mastersectoren hebben (bijv. vaak sector 16) en hebben andere sectorgroottes, d.w.z. meer geheugenruimte per sector.

    Zelfs op nieuwe kaarten kunnen sectoren door de fabrikant geblokkeerd zijn en moeten eerst vrijgegeven worden.

    Voorbeeld: MIFARE Classic EV1 4k: 4kB geheugen, verdeeld in sectoren 0-31 met elk 4 blokken en sectoren 32-39 met elk 16 blokken. Sector 16 is daarbij nog een mastersector.

    1. Lees het rapport zorgvuldig om de mastersectoren en de sectorgrootte te bepalen.
    2. Als u besluit om een kaartcontrole door SimonsVoss te laten uitvoeren: Neem gerust contact op met een van onze verkoopvertegenwoordigers in uw regio.
  7. Elke sector bestaat uit drie beschrijfbare blokken en een blok voor de encryptie: 3*16 bytes = 48 bytes per sector.
  8. Beschikbare sectoren zijn in het rapport herkenbaar aan drie blokken met [rwi]: read/write/increment – het vierde blok is bestemd voor de encryptie.
  9. Kaartinterne sectoren zijn in het rapport herkenbaar aan het feit dat niet alle drie blokken met [rwi] zijn gekenmerkt:
  10. Bereken de beschikbare geheugenruimte: bytes per sector * beschikbare sectoren (voorbeeld: 48 byte * 14 sectoren = 672 byte).
  11. Selecteer in het dropdownmenu Type kaart de invoer Mifare Classic.
  12. Ga na of u een doorgangslijst of een virtueel netwerk voor uw kaarten nodig hebt.
  13. Zo ja : u hebt een AV-sjabloon nodig (="Audit trail en "Virtual network").
  14. Bepaal de grootste kaartconfiguratie die in de beschikbare geheugenruimte past (zie Kaartsjablonen – voorbeeld voor AV: MC1000L_AV met 528 byte).
  15. Selecteer in het dropdownmenu Configuratie de zojuist bepaalde configuratie (voorbeeld: MC1000L_AV).
  16. Geheugenvereisten toont het benodigde geheugen op de kaart.
  17. Sluiting ID's toont het aantal mogelijke sluitelement-ID's voor deze kaart (AXM Classic wijst automatisch Lock-ID's toe, hierbij worden LID 0-127 voor interne functies gereserveerd). Voor achtergrondinformatie zie Kaarten en sluitielement-ID's.
  18. Controles in het protocol toont het aantal mogelijke vermeldingen op de doorgangslijst (alleen voor AV-sjablonen).
  19. Aantal vermeldingen voor sluitelementen in de matrix wordt beperkt tot het aantal mogelijke sluitelement-ID's. Daarbij kunnen sluitelementen ook meer dan één invoer verbruiken, bijv. vrij draaiende Digital Cylinder AX.
  20. Doorgangslijst wordt roulerend overschreven, is dus niet beperkt.
  21. Virtueel netwerk is mogelijk.
  22. Bereken het aantal sectoren dat werkelijk nodig is: Geheugenvereisten / bytes per sector (voorbeeld: 528 byte / 48 byte = 11 sectoren). Rond de uitkomst eventueel af op het volgende hele getal.
  23. Klik in het veld SectList op de button Bewerken.
  24. Het venster Parameterwaarde invoeren gaat open.
  25. Voer in het veld Nieuwe waarde zoveel vrije sectoren in als u nodig hebt (voorbeeld: 2,3,4,5,6,7,8,9,10,11,12). Gebruik hierbij geen sectoren die niet beschrijfbaar zijn of als mastersector worden gebruikt (voorbeeld: sector 0 is niet beschrijfbaar en sector 1 is een mastersector).
    Getallen gescheiden door komma's, zonder spaties.
  26. OPMERKING

    notice

    Bespaarde geheugenruimte door eigen sectorlijst

    U kunt uiteraard ook gebruik maken van de standaard ingevulde sectorlijst. Het is echter mogelijk dat niet alle sectoren uit deze lijst worden gebruikt, omdat de kaartconfiguratie ook in minder sectoren past.

    1. Vul een eigen sectorlijst in.
    2. Zo kunt u sectoren sparen op uw kaarten die u in de toekomst misschien voor andere toepassingen wilt gebruiken.
  27. Klik op de button OK.
  28. Het venster gaat Parameterwaarde invoeren dicht.
  29. Laat het veld TransportSectorTrailer ongewijzigd.
  30. TransportSectorTrailer maakt deel uit van de encryptie van de kaart. Uw AXM Classic genereert deze invoer automatisch voor u.
  31. Klik op de button Voltooiing van.
  32. Het venster gaat Vergrendelingssysteem dicht.
  1. Kaartconfiguratie opgeslagen.